Sinds enkele jaren lopen er tijdens de Vierdaagse in mijn oude stadje Nijmegen WC’s mee: ‘WandelCorrespondenten van De Gelderlander’. Deze wandelaars krijgen een workshop journalistiek en fotografietips en doen verslag van wat ze onderweg beleefd hebben. Ze doen dat niet helemaal zelf, want op het eindpunt staat een bus waar al het materiaal door journalisten van De Gelderlander wordt verwerkt.
Naar mijn idee een prachtig voorbeeld van samenwerking tussen burgerjournalisten (‘de inbreng van niet-journalisten’ ) en professionele journalisten. Maar kan burgerjournalistiek de functie en positie van de professionele journalistiek ook ondermijnen? Ik ben van mening dat ze elkaar juist goed kunnen aanvullen.
Binding met een echt persoon
Het grote voordeel van burgerjournalisten in dit voorbeeld is dat zij meelopen in de wandeltocht en de professionele journalisten niet. De wandelcorrespondenten zijn daardoor vaak op het juiste moment op de juiste plaats. Hun opdracht in 2008 was om ‘zoveel mogelijk gewone wandelaars in de schijnwerpers zetten’. De lezer of kijker voelt zich dan sterker verbonden met een echt persoon.
‘Ze droeg een klapstoeltje en een paraplu op haar rug mee’
Ook wordt er aandacht geschonken aan bijzondere deelnemers, zoals een hoogbejaarde vrouw met haar klapstoeltje en paraplu. Professionele journalisten zouden haar waarschijnlijk niet hebben aangesproken, maar burgerjournalisten kunnen aan dit soort onderwerpen meer aandacht geven. Het materiaal van de wandelcorrespondenten kan er tevens voor zorgen dat er stem wordt gegeven aan menselijke emoties, zoals de vaak uitzinnige blijdschap op de Via Gladiola, de weg naar de finish.
Journalisten van De Gelderlander ook nodig
Toch is de functie van de professionele journalist niet helemaal overbodig. Zij kunnen de foto’s en (video)reportages van de wandelcorrespondenten controleren, voegen context toe en maken het materiaal toegankelijk(er). Ook verslaan de burgerjournalisten slechts een gedeelte van de Vierdaagse. De journalisten van De Gelderlander houden zich ook bezig met ander nieuws rondom de wandeltocht; niet alleen tijdens het evenement zelf, maar ook ervoor en erna. Zij hebben daarvoor toegang tot verschillende bronnen, terwijl burgerjournalisten zich vaak maar op één bron baseren.
Samenwerken
Uit bovenstaand voorbeeld blijkt dat burgerjournalisten en professionele journalisten prima samen kunnen werken. De wandelcorrespondenten zijn ter plekke, terwijl de journalisten niet meewandelen. De professionals controleren en redigeren het materiaal van de wandelcorrespondenten, omdat burgerjournalisten de journalistieke kennis missen. En het publiek waardeert de foto’s en (video)reportages van de wandelcorrespondenten waarin zij menselijke emoties of een echt persoon herkennen.
Conclusie
Universitair docenten Axel Bruns en Stuart Allen, deelnemers aan een symposium over burgerjournalistiek in Zwolle en onderzoekers uit Israël komen tot dezelfde conclusie als ik: dat ‘burgerjournalistiek een aanvulling kan zijn op de traditionele journalistiek, maar deze niet volledig kan vervangen.’ Dat blijkt wel, want hoogleraar communicatiewetenschappen Jan Kleinnijenhuis stelt dat nog geen tien procent van het dagelijkse nieuws burgerjournalistiek is. De professionele journalist is dus nog steeds broodnodig. Piet Bakker, lector crossmedia content, ziet eerder een rol ‘voor de burgerjournalistiek naast de reguliere media.’ Wat betreft De Gelderlander kan hij hier groot gelijk in gaan krijgen. De krant wil namelijk ook bij andere evenementen meer burgerjournalisten gaan inzetten. Uiteraard wel met behulp van de onmisbare, professionele journalist.